Samen leven met mensen van ver
IngezondenINGEZONDEN: Zelfs 26 statushouders zijn voor sommige mensen al teveel. In deze gemeente waar dure woningen gebouwd worden, die als broodjes over de toonbank gaan. Waar de woorden eenvoudig en wat minder luxe nauwelijks aan bod lijken te komen. Waar alles moet kloppen van huis, tot tuin, tot schutting, tot inboedel.
Waar jongeren inderdaad moeten wachten op woonruimte. Waar de huren de pan uit rijzen, waar kopen onmogelijk lijkt, waar banken strenge regels hanteren. Waar 26 vluchtelingen een plaats zoeken en nog krijgen ook. En zij zijn de schuldigen, zij nemen onze plek in, zij horen hier niet thuis, krijgen alles in de schoot geworpen, van bankstel tot tv, een koelkast en een diepvries, uitkering op een presenteerblaadje. Want daarom vluchten zij, daarom dobberen zij op zee, zwerven wekenlang via muren en rollen prikkeldraad, stokslagen en vernedering, naar een veilig heenkomen. Omdat er wrede machthebbers zijn, uitbuiters, moordenaars, verkrachters, de aarde verzuipt of verdroogt, de armoede hoogtij viert, kinderen verkommeren, gezichten getekend zijn door angst en verdriet.
En nu vraagt die vluchteling om onderdak, een schoon bed, een bord met eten, een nieuwe jurk en…een groet, een glimlach, een welkom. Te veel gevraagd? Te moeilijk? Te dichtbij? Probeer het eens, u zult verrast zijn een gewoon mens te ontmoeten, die om een hand vraagt, een klop op de schouder.
Gun hen dat plekje in Brummen!
Ank van der Woude