De Hammelerweg, een van de beoogde nieuwbouwlocaties. Foto: Guus van der Linde.
De Hammelerweg, een van de beoogde nieuwbouwlocaties. Foto: Guus van der Linde.

Onderzoek haalbaarheid Nieuwbouw locaties


LEUVENHEIM - Hoeveel huizen kunnen er om en nabij worden gebouwd? Wat betekent dit voor verkeer en welke impact heeft dat op de nabije omgeving? Welke afstand tot het spoor moet vrij blijven? Hoe zit het met de bodemgesteldheid en waterhuishouding? Wat betekent woningbouw op deze locaties voor het zo karakteristieke landschap en voor flora en fauna? En hoe ziet het financiële ‘plaatje’ er uit?

Het zijn enkele van de vele vragen die moeten worden beantwoord alvorens de gemeente groen licht kan geven tot definitieve aankoop van zogenoemde WVG-locaties. Dit zijn enkele gebiedjes aan de rand van Brummen (weerszijden van de Eerbeekseweg nabij Groot Engelenburg) en aan de Metelerkampweg bij Leuvenheim. De gemeente heeft deze geclaimd (‘recht van eerste koop’) voor woningbouw. 

De gemeente zegt deze grond (bij elkaar 45 hectare) nodig te hebben vanwege de ambitie van 1.250 extra huizen tot 2030. Het college van B en W maakte over dit aantal in regionaal verband een afspraak en het is onderdeel van een ‘woondeal’ met minister De Jonge. Allemaal bedoeld om het woningtekort in te lopen. 

Brummense wethouder

Wethouder Steven van de Graaf legt uit dat de gemeente tot nu toe alleen nog maar het recht van eerste koop heeft geclaimd. ‘Nadat we dit beluit vorig jaar namen, was het zaak om eerst met de grondeigenaren te gaan overleggen.’ Dit zijn er meerdere, variërend van agrariërs die er hun bedrijf uitoefenen tot eigenaren van kleinere percelen. De uitkomst van deze contacten is positief, zegt de wethouder. ‘Het geeft ons het vertrouwen om een volgende stap te zetten.’ Dat houdt in dat allerhande vragen moeten worden beantwoord, noodzakelijk om een verantwoorde beslissing te kunnen nemen of de gronden wel of niet daadwerkelijk worden aangekocht. Van de Graaf ziet de uitkomst van deze lopende onderzoeken onbevangen en neutraal tegemoet. ‘Als blijkt dat we op een deel van beoogde locaties niet kunnen bouwen, dan schrappen we die. Dan moeten we omzien naar andere mogelijkheden in de gemeente.’ Hij verwacht dat de eerste huizen er in 2030 kunnen staan, ook al duren dit soort processen lang. En mits uiteraard de haalbaarheid wordt aangetoond, de grondaankoop slaagt en de gemeenteraad telkens groen licht geeft voor alle stappen die nog komen.

Voor- en tegenstand

Vorig jaar, toen het college het ambitieuze voorstel lanceerde, maakte dit diverse reacties los. Er waren omwonenden die zich zorgen maakten over de impact voor het dorp en het verlies van landschappelijk waardevol gebied. Anderzijds waren er ook instemmende geluiden, denkend aan de woningzoekenden die hiermee meer kans van slagen krijgen. Een ruime meerderheid van de gemeenteraad, vooral Lokaal Belang, D66 en PvdA, steunde het collegevoorstel. Ook was er bijval van GroenLinks maar deze fractie vond op voorhand een groot deel van de voorgestelde locaties ongeschikt voor woningbouw. 

Verlies landschappelijke waarden

CDA en VVD stemden tegen het collegeplan vanwege onder meer de financiële risico’s, de grootschaligheid, het verlies van landschappelijke waarden en de impact op het dorp. Navraag bij de fracties levert het beeld op dat deze nog steeds dezelfde standpunten innemen. Iedereen is afwachting van de informatie die de haalbaarheidsanalyse oplevert. Na de zomer dit jaar buigt de gemeenteraad zich hierover.