Afbeelding

Een Moerkensweide

Columns

Nooit waren de mensen rond Schiphol gelukkiger dan tijdens de lockdown. Geen vliegtuig te horen. In de statistieken wordt het lawaai van steeds meer vluchten getemperd door vermeende innovaties. Maar zo voelt het niet op de grond. Planologen hebben allang bedacht dat een luchthaven niet thuishoort in de bewoonde wereld en ze presenteren met enige regelmaat plannen voor Schiphol op Zee.

Inwoners van Brummen vrezen dat windmolens hun Schiphol worden. ‘Zet ze maar op zee’. In een lange reeks ‘zienswijzen’ verzetten zij zich tegen de Regionale Energie Strategie. Daarin worden ‘zoekplaatsen’ aangewezen voor zonnevelden en windmolens. De meest gehoorde bezwaren zijn : ‘Windmolens passen niet in het landschap’ en ‘de afstand tot de bewoning moet Europees zijn’, dus tweeëneenhalve kilometer en geen vierhonderd meter, zoals in ons land vaak wordt aangehouden. Over de inpasbaarheid in het landschap kun je twisten. De drie windmolens in Eefde zijn geen misbaksels aan de IJssel. Maar aan de slagschaduw en het geluid van reusachtige nieuwe windjammers moet je geen mens blootstellen.

Van de deelnemers aan het inwonerspanel ‘Brummen Spreekt’ bleek meer dan 75 procent de energietransitie belangrijk te vinden. Maar toen al, in 2019, was 34 procent negatief over windmolens- en 32 procent positief. Een naïeve voorlichtingscampagne van Cleantech, met 26 windjoekels in onze gemeente en een ‘dorpsmolen’ in de elke kern, heeft de windenergie in het verdomhoekje gedrongen.

Vorige week bereidde de gemeenteraad een oordeel voor over de Regionale Energie Strategie. Voornamelijk door bezwaarde dorpsgenoten aan te horen. Onder hen de planoloog Piet Moerkens. Hij opperde het plan om de vierbaansweg tussen Leuvenheim en Zutphen (N 348), die een reliek is van een nooit gerealiseerde snelweg langs de IJssel, tweebaans te maken en het sloopdeel met zonnepanelen te bebouwen. De ‘RES’-elite heeft de mond vol van burgerparticipatie, benieuwd of ze een Moerkensweide aandurven.