Afbeelding

Brummen in 2028 weer helemaal 'boven Jan'

GEMEENTE BRUMMEN - De gemeente Brummen verwacht in 2028 weer helemaal financieel gezond te zijn. Het herstelplan dat daarvoor moet zorgen, voorziet dat de structurele lasten en baten vanaf 2023 weer in evenwicht zijn. Door gelijktijdig zo’n zes ton per jaar te sparen moet in 2028 voldoende weerstandsvermogen zijn opgebouwd. Dat wil zeggen dat er dan voldoende reserves zijn om onverwachte tegenvallers op te vangen. Dat staat in de Perspectiefnota 2022-2025 die vorige week naar de raadsleden is gestuurd.

Als bekend staat Brummen er financieel gezien niet goed voor. Om die reden is de gemeente met ingang van dit kalenderjaar door de provincie onder preventief toezicht geplaatst. Daarbij is ook de verplichting opgelegd om in 2023 een evenwichtige begroting te hebben en voldoende weerstandsvermogen in 2028.


De provincie constateert nu dat de begroting voor 2021 nog niet structureel in evenwicht is. Een deel van de structurele lasten wordt namelijk gedekt met incidentele baten. Maar daarbij zijn door Brummen wel reële uitgangspunten gehanteerd. Ook is er een spaarbedrag voorzien. De provincie verwacht dan ook dat de begroting 2021 niet leidt tot een verdere belasting van Brummens financiële positie. Niettemin constateren de gemeentelijke rekenmeesters dat er nog voldoende onzekerheden in het financiële verschiet liggen, die zowel kansen als bedreigingen bieden.


Zo hield Brummen er rekening met een negatieve uitkomst van de herverdeling van het gemeentefonds (geld dat gemeenten krijgen van de Rijksoverheid). Maar dat lijkt mee te vallen: Brummen krijgt mogelijk zelfs iets extra's. Anderzijds is het bijvoorbeeld onduidelijk of het Rijk structureel extra middelen voor jeugdzorg beschikbaar gaat stellen. Brummen had in de voorgaande begroting alvast een meevaller van drie ton ingeboekt. Maar schrapt deze nu weer in afwachting van een besluit daarover van het Rijk. Het herstelplan van Brummen stoelt verder zwaar op het terugdringen van de kosten binnen het sociale domein. Vorig jaar bleek uit onderzoek van Bureau Berenschot dat de gemeente voor het sociaal domein jarenlang structureel meer begrootte dan het van het Rijk voor de uitvoer van de taken kreeg. Dat kwam onder meer door onvoldoende inzicht in de kosten en door het te ruimhartig en voor lange periodes toekennen van hulp. In 2022 moet 945.000 euro minder worden uitgegeven. In de jaren daarna jaarlijks bijna 1,5 miljoen minder. Maar in de perspectiefnota wordt daarbij wel gewaarschuwd: ‘De taakstelling in het sociaal domein is dus onderbouwd, maar is daarmee nog niet gerealiseerd.'