Hendrik Groen


Hoe zouden Hendrik Groen en zijn maatje Evert tegen de woonzorgvisie van Brummen aankijken? Ik ken ze van hun avonturen op de televisie. Oude kwajongens in een Amsterdams bejaardenhuis, een ‘oud-maar-niet-dood-club’. Waarom zou het leven alleen nog maar bestaan uit koffiedrinken achter de geraniums en wachten op het einde, schrijft Hendrik Groen. Bejaardenhuizen zijn uit de mode. Een complot tegen de directrice kon de sluiting van Groen’s verzorgingshuis niet voorkomen.

De toegang tot voorzieningen wordt steeds strenger, ‘red je thuis op eigen kracht en wijkzorg’, is het parool. ‘Extramuralisering’ en ‘ambulantisering’ wordt het genoemd in de woonzorgvisie van de gemeente. De overheid heeft uitgevonden dat mensen graag zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. Dat zal waar zijn, maar sluiting van verzorgingshuizen kwam het kabinet Rutte / Samsom verrekt goed uit als bezuiniging nummer zoveel.

Onze gemeente telt ongeveer 9000 huishoudens. In 2030 zijn er naar verwachting 1.600 huishoudens van mensen tussen de 65 en 75 jaar en 2400 van boven de 75. Ze moeten hopen op een ‘levensloopbestendige’ woning of een nieuwbouwhuis in een hofje. Geclusterd wonen noemt de gemeente de hofjes. Zo’n geclusterde woonvorm ontstaat vaak op initiatief van dynamische zestigers die coöperatief willen leven met leeftijdsgenoten.

Een verzorgingshuis is eigenlijk ook een vorm van geclusterd wonen. Maar voor wie? ‘Er gaapt een groot gat tussen zelfstandig wonen en het verpleeghuis‘, constateert de gemeente. Met een dikke portemonnee zouden Hendrik en Evert op landgoed Klein Engelenburg terecht kunnen. Voor Jan Modaal is dat niet weggelegd. Het aantal alleenstaande 75-plussers stijgt. Zij zullen zelfstandig wonen heeft de overheid beslist. Hen rest de extramuralisering en de ambulantisering.