
Stinkend zaakje?
IngezondenINGEZONDEN: Een pomphouder in Brummen heeft 10 jaar geleden het idee opgevat om zijn brandstofstation te verplaatsen vanuit het dorp naar de rotonde Kwazenbosweg. Op zich een prima idee, brandstofstations kunnen gevaarlijk zijn voor de omliggende woningen en geven overlast door verkeersbewegingen, extra uitstoot en stank. Tien jaar geleden vond de gemeente dit een goed idee en heeft de ondernemer groen licht gekregen voor zijn plannen en dat was fijn, want de grond had hij immers al (duur) gekocht.
Alleen, de grond die hij 10 jaar geleden al heeft aangekocht, ligt pal naast biologisch-dynamisch bewerkte tuinbouwgrond, met aangeplante houtwallen voor meer biodiversiteit. Uiteraard belooft deze ondernemer dat niets van zijn gevaarlijke stoffen doorsijpelt in de bodem en dat er geen fijnstofuitstoot door remmend, startend en weer optrekkend verkeer op de natuurinclusieve gronden terecht komen. De gemeente deelt (nog steeds) zijn visie en is voorstander van zijn plan. Maar, met wie maakt de gemeente deze afspraken nu eigenlijk?
Het ligt voor de hand dat deze ondernemer, die inmiddels de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt, de grond direct gaat doorverkopen. Voelt de nieuwe eigenaar zich even verantwoordelijk om de natuurinclusieve gronden die er pal naast liggen, te beschermen? Nog afgezien van de 200 meter aan uilenwallen die tegen de grond moeten?
Er stinkt wat aan deze zaak…. De ondernemer profiteert flink van de verplaatsing van het tankstation naar een plek waar dit veel groter wordt en dus duur verkocht kan worden. Hij kan met een gerust hart met pensioen. De biologische boer kan ondertussen wel opdoeken, aangezien een deel van zijn grond en onbruikbaar wordt.
Het roept bij mij, en hopelijk bij veel andere Brummense inwoners, vragen op. Hoe kan het dat een inwoner van Brummen de gemeente zo voor zijn karretje kan spannen? Dat hij die grond al 10 jaar heeft, behoort gewoon tot het ondernemersrisico en wordt nu als drogreden gebruikt om de plannen goed te keuren. Waarom heeft de gemeente überhaupt een milieuvergunning afgegeven juist voor die plek, terwijl een plek aan de rand van een van de bedrijventerreinen zoveel meer voor de hand liggend is? Ik hoop van harte dat de ogen open gaan bij de gemeente en een passender locatie wordt gevonden.
Annemarie Visser