Een levensbericht
ColumnsCOLUMN - Bruno de Vries, een oorlogskind, vroeg in deze kolommen wat erger is: opgroeien tijdens vijf jaar bezetting, of jong zijn in tijden van corona. Zijn antwoord was: zeur niet over de hamer van Rutte, over mondkapjes, huidhonger en vergane knuffelfeestjes. Niet te vergelijken met razzia’s in ’40- ’45, spertijd en boosaardig bonzen op ramen en deuren, terreur.
Ik voel met hem mee vanwege mijn jaarringen, maar elk leed is uniek. Ontwikkelingspsycholoog Van Duijvenvoorde zei: “Een half jaar niet naar school, kan ingrijpend zijn voor adolescenten”. Mijn kleindochter Kim mist de festivals, ze ziet haar jeugd verglijden.
Toon Tellegen dichtte:
/ Ik trok een streep: / tot hier, / nooit ga ik verder dan tot hier. /
Toen ik verder ging / trok ik een nieuwe streep, / en nog een streep. /
Van een vriend (77), ver weg, ontving ik een levensbericht. Het luidde:
“Bij ons gebeurt veel door Rïta’s alzheimer- ze loopt de hellende weg naar beneden.
Hulp wordt geboden: douchehulp, dagopvang, schoonmaakster en risperidon tegen gemoedsverloedering.
Het is een nieuwe levensfase voor ons beiden. Ik probeer de moed erin te houden.
Thuis ben ik fulltime mantelzorger: koken en wassen en honden uitlaten en boodschappen doen op de fiets.”
De dichter dicht:
/ De zon scheen / en overal zag ik mensen, / haastig en ernstig, / en iedereen trok een streep, / iedereen ging verder./
Het is 2021.
Muus Groot